Twintigste-eeuwse Russische componisten

De Finse dirigent Santtu-Matias Rouvali leidt het Göteborg Symfonieorkest in een uitvoering van werken van Dmitri Sjostakovitsj. Het concert begint met diens Symfonie nr. 12. Dit werk, bijgenaamd 'Het jaar 1917', werd geschreven ter nagedachtenis aan Lenin. Net als de Symfonie nr. 11 is dit een programmatisch werk: bijnaam en delen verwijzen naar de Russische Revolutie. Sjostakovitsj plande zijn symfonie als biografisch drama, waarbij hij het leven van Lenin volgt vanaf diens jeugd naar de nieuwe sovjetmaatschappij die hij voor ogen had. Daarop volgt een uitvoering van de dramatische Passacaglia uit Sjostakovitsj’ meesterlijke opera 'Lady Macbeth uit het district Mtsensk'. Dit concert werd opgenomen in de Concertzaal van Göteborg (Konserthuset) in Zweden, 2018.

De Finse dirigent Santtu-Matias Rouvali leidt het Göteborg Symfonieorkest in een uitvoering van Dmitri Sjostakovitsj' Symfonie nr. 5 in d-klein, Op. 47. Het werk citeert Sjostakovitsj' lied Vozrozhdenije (Op. 46, nr. 1), gezet op een gedicht van Aleksandr Poesjkin over wedergeboorte. Het treurige Largo doet denken aan de Russische traditie van symfonische werken geschreven ter nagedachtenis aan de doden. Doordat dit werk sterker vasthoudt aan de tonaliteit dan de voorgaande symfonieën van de componist, en de thema's toegankelijker zijn, stelt dit werk wat minder hoge eisen aan de luisteraar. De première van dit werk in 1937 gold als een artistieke overwinning voor Sjostakovitsj, en werd zowel door critici als publiek opvallend enthousiast ontvangen. Deze uitvoering werd in 2020 opgenomen in Concertzaal van Göteborg (Konserthuset) in Zweden.

Iván Fischer dirigeert het Boedapest Festival Orkest in deze concertopname uit 2015 vanuit de Béla Bartók Nationale Concertzaal in Boedapest, Bulgarije. Het concert begint met Sergej Prokofjevs Ouverture op Hebreeuwse thema's, Op. 34. Daarna schittert Thomas Zehetmair als soloviolist in Prokofjevs Vioolconcert nr. 2, Op. 63. Het tweede deel van het concert draait om Igor Stravinsky: muziek geschreven voor het ballet 'Jeu de cartes' (1937), en de Vuurvogelsuite nr. 2 (1919). Jeu de cartes behoort tot Stravinsky's neoklassieke werken en bestaat uit drie delen ('giften'). De Vuurvogelsuite nr. 2 is gebaseerd op de muziek uit het gelijknamige ballet, geschreven voor Sergej Diaghilevs Ballets Russes, dat in 1910 in Parijs de première beleefde.

De Finse dirigent Santtu-Matias Rouvali leidt het Göteborg Symfonieorkest in een concertprogramma rondom het thema Rusland. Het concert begint met Aleksandr Mosolovs Muziek voor machines, Op. 19, meestal 'De IJzergieterij' genoemd. Dit werk, Mosolov's bekendste, is een schoolvoorbeeld van de muzikale stroming van het futurisme. Tot besluit van het concert klinkt Aram Chatsjatoerjans Masquerade, een vijfdelige suite van incidentele muziek geschreven voor het gelijknamige toneelstuk van de Russische dichter en toneelschrijver Michail Lermontov. Deze uitvoering werd opgenomen in de Concertzaal van Göteborg (Konserthuset) in Zweden, 2020.

De Finse dirigent Santtu-Matias Rouvali leidt het Göteborg Symfonieorkest in een uitvoering van Dmitri Sjostakovitsj' Vioolconcert nr. 1 in a-klein, Op. 77. Solist is de Japanse violist Fumiaki Miura. Hoewel hij het werk in 1948 voltooide, schaafde Sjostakovitsj er nog jarenlang aan, in samenwerking met violist David Oistrach – aan wie het werk werd opgedragen – tot het uiteindelijk in 1955 de première beleefde. In het Scherzo komt het DSCH-motief voor: de noten D-Es-C-B, of in het Duits D-Es-C-H, die staan voor de initialen van de componist. Deze uitvoering van het Vioolconcert werd opgenomen in de Concertzaal van Göteborg (Konserthuset) in Zweden, 2020.

De Finse dirigent Santtu-Matias Rouvali leidt het Göteborg Symfonieorkest in een uitvoering van Sergej Prokofjevs Symfonie nr. 5 in Bes-groot, Op. 100. Solist is de Japanse violist Fumiaki Miura. Prokofjevs Symfonie nr. 5 werd geschreven tijdens de Tweede Wereldoorlog, in de zomer van 1944, en wordt vaak zijn 'oorlogssymfonie' genoemd. In die tijd drukten de Sovjettroepen de Duitsers weg vanuit het oosten, terwijl in het westen de geallieerden op de Normandische stranden in Frankrijk landden. Prokofjev ontsnapte aan de oorlog in een speciaal Huis voor de Creativiteit, gelegen op een dag reizen van Moskou. Deze plek was in het leven geroepen door de Bond van Sovjetcomponisten om componisten een idyllisch maar eenvoudig onderkomen te bieden om hun creatieve werk voort te kunnen zetten. Dit concert werd opgenomen in de Concertzaal van Göteborg (Konserthuset) in Zweden, 2020.

Maestro Michail Pletnev leidt het Russisch Nationaal Orkest (RNO) en het Synodaal koor van Moskou tijdens het negende RNO Grand Festival. Het concert begint met Maurice Ravel's suite voor het ballet 'Daphnis et Chloé'. Daarna is Lucas Debargue de solopianist in Aleksandr Skrjabins 'Prométhée: Le poème du feu', Op. 60, een toondicht voor piano, orkest, koor en 'clavier à lumières' ("lichtorgel"). Het clavier à lumières is een instrument dat Skrjabins alleen in dit werk gebruikt. Er is slechts één clavier à lumières gebouwd, voor een uitvoering van dit werk in New York in 1915. Als toegift speelt Debargue Erik Saties Gnossienne nr. 1. Dit concert werd opgenomen in de Tsjaikovski Concertzaal in Moskou in 2018.